donderdag 12 maart 2009

De oudstrijders van 1815

De Engelse nationale sport is, zoals u ongetwijfeld weet, niet voetbal. Het is ook niet rugby en nog minder cricket. Het is zelfs niet de onvolprezen vossenjacht, noch de paardensport, tenminste niet voor iemand anders dan de bookmakers. Het is 'queuing'. Queuing gebeurt overal. Engelsen vormen een rijtje om op een taxi te wachten, om de bus in te stappen, om 'fish and chips' te kopen, om hun jas af te geven in de 'cloakroom', om bloemen te leggen aan Buckingham Palace als er weer eens een lid van de koninklijke commissie 'has popped their clocks', om naar een speech van Obama of een concert van U2 te gaan luisteren, etc. De voorliefde voor queuing is ongetwijfeld ook de reden waarom roltrappen zo smal zijn als ze zijn, en hetzelfde geldt voor de wandelpaadjes op het beroemde Engelse platteland. Queuing heeft Engeland groot gemaakt. Het laat de Engelsman toe alleen te zijn met de eigen grote ideeën die zich tijdens het queuing vormen en zich toch deel te weten van één grote natie. Zelfs een Engelsman die in 'the middle of nowhere' ergens in India staat te wachten op een trein die maar niet komt weet dat hij niet alleen is. Hij is gewoon de eerste van een lange rij. Dit moet overigens ook een troostende gedachte geweest zijn voor koning Charles I toen die naar het schavot wandelde in Whitehall in 1649.
Over Charles I gesproken. Gisterenmorgen hadden Dennis en ik vrij. Als goede academici maakten we hiervan gebruik om ons cultureel bij te spijkeren. We bezochten eerst de tentoonstelling 'Vandyck and Britain', gewijd aan de Vlaamse schilder Antoon van Dijk en diens broodheer Charles I, en daarna nog Banqueting Hall, waar Charles I werd onthoofd. Van historische consistentie gesproken.
Tussenin wandelden we langs Downing Street 10. En daar leerden we nog eens een nieuwe toepassing van queuing kennen. Tegenover Downing Street, op Whitehall, was immers met dranghekkens een soort schaapskooi van 15 op 5 afgebakend. Daarbinnen mochten enkele tientallen mensen vreedzaam en gedisciplineerd demonstreren. Braafjes liepen ze, in queu, rondjes achter elkaar in de kooi. Eén camera van de televisie registreerde dit hoogtepunt van georganiseerde democratie en tien agenten zorgden ervoor dat niemand een ander voorbijliep. Het onderwerp was even nobel als rijk aan historische reminiscenties. De demonstranten bleken inwoners van het roemruchtige eiland Saint Helena, ooit en nog steeds deel van het Britse rijk. Hun eis was 'to end our isolation', de aanleg van een luchthaven. Daar lijkt me niets tegen; Napoleon is tenslotte al lang terug in Parijs. Maar hiermee hield het queuing niet op. Buiten de kooi stond een tweede groep klaar, geduldig te queuen om daarna te mogen gaan queuen. Die wilden 'benefits' in plaats van 'bombs'. Waarvoor die moesten dienen, de 'benefits', was niet duidelijk. Misschien voor de oudstrijders van Waterloo?